maandag 29 oktober 2018

filmrecensie Oorlogswinter (2008), naar het boek van Jan Terlouw, door Marijke de Heer


Filmrecensie ‘Oorlogswinter’ (2008), naar het boek van Jan Terlouw, door Marijke de Heer

Titel van de film: Oorlogswinter
Regisseur: Martin Koolhoven
Hoofdrolspelers: Michiel van Beusekom door Martijn Lakemeier, Erica van Beusekom door Melody Klaver, Johan van Beusekom door Raymond Thiry, Dirk door Mees Peijnenburg, Jack door Jamie Campbell Bower en oom Ben door Yorick van Wageningen.

Het verhaal:
De film speelt zich af in de laatste, barre oorlogswinter van 1944-1945 in een dorpje op de Veluwe, vlakbij de IJssel. Michiel is de zoon van de burgemeester van het dorp. Zijn vriend en buurjongen Dirk neemt hem in vertrouwen over een overval, welke echter wordt verraden. Als er een Duitse soldaat dood gevonden wordt, nemen de Duitsers maatregelen. Een aantal dorpelingen, waaronder de vader van Michiel, wordt gearresteerd. Michiel hoopt op zijn vrijlating, maar zijn vader wordt voor zijn ogen gefusilleerd. Pas op het einde van de film krijgt Michiel in de gaten, dat degene die hij vertrouwde, oom Ben, de verrader is, en hij schiet hem dood.

Waardeoordeel:
Uiteraard heb ik het boek ook gelezen, maar dat is al zo lang geleden, dat ik mij de details niet meer voor de geest kan halen. Ik kijk dus ‘fris’ naar de film. Allereerst valt de sneeuw op. De oorlogswinter is een sneeuwwinter, het levert beelden op met veel sneeuw. Dat is heel sfeerbepalend: het doet guur en grimmig aan en past helemaal bij de verbeten sfeer in het laatste oorlogsjaar.

Grimmig en guur is ook de in slow motion vertoonde beelden van de fusillade van de vader van Michiel. Je ziet de sterk wisselende de emoties op zijn gezicht en je kan daar helemaal in meeleven.

Sterk is de verfilming van de twee tegenpolen: de aardige en behulpzame oom Ben en de immer nieuwsgierige, joviaal met de Duitsers kletsende Schafter. Het contrasteert ook goed met de naïviteit van Michiel, die zijn oordeel snel klaar heeft. Michiel is zeer behulpzaam, maar niet erg zwijgzaam in de huiselijke kring, hoewel toch bekend is, dat verzetsmensen zelfs hun huisgenoten niet op de hoogte brachten van hun activiteiten vanwege het gevaar. De psychologische gevolgen van de oorlogstijd vind ik wat vlak uitgewerkt in de film, er wordt niet of nauwelijks echt met elkaar gesproken.

De leeftijdscategorie voor de film is 12+, wat past bij de jongere die op zoek is naar zijn eigen identiteit. De vele confrontaties met het oorlogsgeweld maken wel, dat ik dit niet zou bekijken met brugklassers, maar eerder met tweede of derdeklassers.

Reactie op recensie 'De val' van Elle van den Boogaart (2009), Houten, Van Holkema & Warendorf


Reactie op recensie ‘De val’ door Nikki Croonen, van Elle van den Boogaart (2009), Houten, Van Holkema & Warendorf

Het boek gaat over twee jongeren, die elkaar bij toeval ontmoeten: de jongen Tycho werd gedwongen van een viaduct af te springen en kwam daarbij op het meisje Laura terecht. Laura raakt dusdanig gewond, dat ze voor langere tijd in het ziekenhuis moet blijven. Tycho mag al snel weer naar huis. De ontluikende verliefdheid tussen deze twee jongeren speelt tegen de achtergrond van een dorp waar een asielzoekerscentrum zal worden gevestigd. De jongen maakt deel uit van een jeugdbende, die de komst van het asielzoekerscentrum wil tegenhouden met gewelddadige acties. Ondanks de groepsdruk weet de jongen via het meisje hulp te organiseren en wordt de bendeleider op het nippertje ingerekend.

Net als Nikki Croonen viel ook mij de structuur op van het boek. Het doet mij echter meer denken aan filmfragmenten dan aan een dagboek. Steeds vanuit een ander personage wordt de situatie beschreven. Door voor deze vorm te kiezen krijgt het boek ook vaart, hoewel ik het in het begin wel verwarrend vond en mezelf er echt toe moest zetten om door te lezen. De gedachten van de personages worden schuin gedrukt, waardoor je je heel goed kunt inleven in de verschillende personen.

De komst van het asielzoekerscentrum is een actueel thema. Er worden eerst allerlei ‘Wilders’-argumenten aangevoerd en die worden binnen de jeugdbende niet weerlegd. Pas als Tycho hierover met Laura in gesprek raakt, dan komen er tegenargumenten. Het blijft wel een beetje in de sfeer van de hoger opgeleide bestuurders versus het laagopgeleide werkvolk. Dat vind ik wel een herkenbare tweedeling, hoewel ik me afvraag of jongeren die dit boek lezen dat ook zo ervaren.

Het wordt maar zo zijdelings aangestipt, maar de jongeren van de jeugdbende komen uit probleemgezinnen, waar ernstige problematiek speelt. Zo zijn Tycho (Spin), zijn broer Scooter en hun moeder niet verzekerd door alle problemen. De moeder kan niet voor de jongens zorgen en dus moeten zij voor zichzelf én voor hun moeder zorgen. Ze hebben dus geld nodig, behoorlijk veel geld, want medicijnen zijn duur. Kennelijk is er niemand die verder naar het gezin omkijkt, geen buren of andere familie. Helaas is ook dit een schrijnende werkelijkheid in Nederland.

Deze setting vind ik het sterke punt van dit boek, het biedt aanknopingspunten voor reflectie op grote thema’s zoals gezondheid (roken, drank), de omgang met geld en interpersoonlijke relaties. Ik ben het met Nikki Croonen eens, dat dit boek veel raakvlakken heeft voor jongeren vanaf bijvoorbeeld de tweede klas en hoger. Doordat het af en toe heel spannend is en steeds vanuit wisselend perspectief geschreven, is dit een boek wat iedere jongere inderdaad in één adem uit leest!

Reactie op recensie 'De Castraat' door Joyce Pool (Rotterdam 2013, Lemniscaat), door Herman Buurman, van Marijke de Heer


Reactie op de recensie ‘De castraat’ van Joyce Pool (Rotterdam, 2013, Lemniscaat), door Herman Buurman, van Marijke de Heer

De castraat gaat over een jongen, zoon van een leerlooier, die in het kerkkoor opvalt door zijn engelachtige stemgeluid. Zijn vader vindt de prijs te hoog voor zijn zoon om een opleiding te krijgen aan het beroemde conservatorium van Florence. Maar als zijn vader overlijdt, wordt hij meegenomen naar de barbier en wordt hij wakker in het conservatorium. Achteraf begrijpt Angelo wat zijn vader bedoelde. Hij raakt bevriend met Paolo, die hem door de eerste moeilijke tijd heenloodst. Paolo wordt echter jaloers op Angelo, vanwege de aandacht van een prins De Medici voor Angelo. Angelo vergeet zijn vriend echter niet, als hij uiteindelijk niet voor het grote geld kiest.

Net als Herman Buurman heb ik het boek in één adem uitgelezen. De wat fragmentarische schrijfstijl en het steeds wisselen van perspectief geeft voldoende afwisseling. Hoewel het een roman is, die in het verleden speelt, zou ik het geen historische roman willen noemen. Daarvoor is de sfeer van tolerantie die met name om homoseksualiteit heen hangt in het boek, te Nederlands en te twintigste-eeuws naar mijn idee. Zoals op p. 116: om me heen klonk elke nacht gezucht en opgewonden gesteun. Ook al is er sprake van dat er regelmatig jongens worden weggestuurd vanwege zelfbevlekking en sodomie, ik kan mij beter voorstellen, dat er een dusdanige sfeer van repressie heerste in zo’n gemeenschap, dat er veel jongens moeten zijn geweest die bang waren voor de gevolgen en daarom ervoor waakten daaraan mee te doen. Dat lees ik echter niet terug in dit boek.

Daarop aansluitend ben ik het met Herman Buurman eens, dat het boek psychologisch wat vlak is. Je kunt je goed voorstellen wat een worsteling het met zich mee moet brengen voor die opgroeiende jongens, dat ze tegen hun wil ontmand zijn, een traumatische operatie bovendien, en weg van hun vertrouwde omgeving moeten ze onder die omstandigheden zich staande zien te houden in een wereld vol machtsspelletjes. Zoals ook Herman Buurman al schreef: het boek doet weinig een beroep op het inlevingsvermogen van de huidige jongeren. Daarbij komt, dat deze thematiek bij de jongeren totaal niet speelt.

Wat ik niet terugvind in de recensie van Herman Buurman, is het wel wat fantastische einde. De hoofdpersoon, Angelo, walgt van de avances van de prins De Medici, en besluit impulsief met de componist Scarlatti en zijn dochter naar Napels af te reizen, na het ontslag van Scarlatti. Het zou realistischer zijn in mijn ogen, dat Angelo zich net als in het hele boek, had aangepast aan de omstandigheden. De prins had immers veel macht en invloed en had bijzonder veel in hem geïnvesteerd. Het was eveneens fantastisch, dat Rosa Scarlatti wel kiest voor Angelo. Hoewel het in het boek niet zo erg naar voren komt, waren castraten mismaakte mensen. Hun beenderen groeiden gewoon door door de castratie, waardoor ze uitzonderlijk lang en hol waren. Daardoor waren ze outcasts in de maatschappij, ze werden bespot en uitgelachen. Dat was ook de reden dat Angelo niet naar zijn geboortedorp wilde terugkeren.

 
Het boek wordt door de bibliotheek gecategoriseerd als D-boek, dus voor de leeftijd 15 tot 18. Mijns inziens is dat een juiste beoordeling, jongeren jonger dan 15 jaar zijn zeer waarschijnlijk niet geïnteresseerd in deze thematiek. Ik begrijp dus niet hoe Herman Buurman tot zijn constatering komt, dat het boek geschreven zou zijn voor jongeren tussen de 11 en 16. Ik deel zijn mening, dat dit boek erg dicht tegen volwassenen literatuur aanhangt.

zondag 28 oktober 2018

Reactie op de recensie "Vals" van Mel Wallis de Vries van Suzanne de Jong door Marloes Steerneman



Om te beginnen was "Vals"  een heerlijk boek om te lezen. In haar recensie noemt Suzanne het boek "Vals" lectuur. Ik vind dat het boek daarmee te weinig eer krijgt toebedeeld. Ik vind namelijk dat Mel Wallis de Vries echt een goed boek heeft geschreven. De hoofdpersonen worden uitgebreid omschreven wat maakt dat je je erg goed kunt inleven en identificeren met een van de hoofdpersonen. De karakters worden echt uitgediept. De verschillende thema's zijn niet uniek maar wel de manier waarop Mel dit boek heeft geschreven. Namelijk door te wisselen van hoofdpersoon waarbij het verhaal wel verder gaat waar het was gebleven. Ik vind dit boek eerder literatuur dan lectuur.
Ook ik vond het, net als Suzanne, erg fijn dat er nog een epiloog was, zodat je kan lezen hoe het iedereen vergaat. Ik dacht namelijk echt dat Kim en Feline waren vermoord. 'Kim en Feline hebben niks over gehouden aan hun opsluiting in de schuur. Casper heeft dekens en water achtergelaten.' (bladzijde 270)

Verder benoemd Suzanne de horrorlaag in het boek en dat deze niet te groot is. Dit ben ik met haar eens, maar het is toch spannend genoeg dat ik er sneller van ga lezen. 'En dan hoor ik het geluid weer. Het is nu veel harder en heel dichtbij. Er is geen twijfel meer mogelijk. Er loopt iemand achter me. Ik voel de hijgerige ademhaling bijna door mijn haar strijken.' (bladzijde 242) Passages als deze maken dat ik echt niet kan stoppen met lezen en te nieuwsgierig ben hoe dit verder afloopt. Verder kan ik mij erg vinden in de mening die Suzanne heeft over het boek. Het eind was totaal onverwachts wat het erg leuk maakte. De epiloog maakte het cirkeltje weer rond, waardoor je het boek tevreden kunt wegleggen. Suzanne schrijft dat "Vals" het beste jeugdboek was in 2012. Dit is wat mij betreft meer dan verdiend.

Reactie op de recensie "Selfie" van Mariette van Middelbeek van Suzanne de Jong door Marloes Steerneman


In haar recensie koppelt Suzanne veel gebeurtenissen uit het boek aan de actualiteit, wat terecht is. Het is heel herkenbaar dat pubers niet alles durven te zeggen. Wat ik alleen jammer vind aan dit boek is dat Britt zowel niet bij haar ouders als bij haar mentor terecht kan. Ik vind het een beetje ongeloofwaardig dat haar mentor haar niet geloofd.
'Je zegt de hele tijd dat je het niet hebt gedaan, maar hoe verklaar je die foto's dan, Britt? Ik geloof echt niet dat je account twee keer door iemand anders is gebruikt. Toch is het zo'. Ik begin wanhopig te worden. Meneer Prinsen kent mij toch al een tijdje, hij weet toch wel dat ik dit nooit zou doen?' (Bladzijde 125)  
Suzanne zegt dat "Selfie" een leerzaam boek is voor pubers. Ik had het beter gevonden als in dit specifieke geval in het verhaal Britt serieuzer was genomen door haar mentor. Dan geef je als schrijver de boodschap dat eerlijkheid loont en je wordt geholpen als je in de problemen zit. Nu werd Britt gelijk de mond gesnoerd en werd ze niet geloofd door haar mentor, maar hij zag het toch door de vingers en zou de ouders niet inschakelen. Dat vind ik een hele vreemde keuze van de schrijfster om het verhaal zo te laten lopen.

Er wordt door Suzanne een duidelijke koppeling gemaakt aan de leesfasen waar ik mij in kan vinden. Verder omschrijft Suzanne duidelijk welke emoties en gevoelens in het verhaal naar voren komen. Zo zegt ze dat jaloezie op veel vlakken een rol speelt. Wat onbenoemd blijft in haar recensie en mijns inziens zeker niet onbelangrijk, is de jaloezie van Eva richting Britt. De drijfveer van haar daden als je het mij vraagt. Ze is jaloers op het talent van Britt, haar vriendinnen en instagram volgers. Veel pubers zullen zich hierin herkennen, daar is de schrijfster wel in geslaagd vind ik.

zaterdag 27 oktober 2018

Filmrecensie De Hongerspelen (The Hungergames, 2012) naar het boek van Suzanne Collins

De Hongerspelen is een verhaal dat gaat over een wereld waarin mensen zijn verdeeld over 12 districten en het kapitool. Er is veel ongelijkheid en elk jaar worden de Hongerspelen gespeeld. Uit elk district worden een jongen en een meisje geloot om deel te nemen. Zij gaan een spel aan waarin ze elkaar moeten doden en er maar een winnaar overblijft en nooit meer arm hoeft te leven. Katniss Everdeen neemt deel aan dit spel, maar zorgt voor het begin van een opstand in de districten, zonder dit zo te bedoelen.

Het boek en de film zijn eigenlijk bedoeld voor de jongeren van vijftien jaar en ouder. Dit heeft te maken met het onderwerp en de manier waarop dit is uitgewerkt. Jongeren krijgen de kans om een mening te vormen over een vorm van dictatuur, waarbij geweld wordt gebruikt als onderdrukkingsmaatregel. Daarnaast zitten er veel morele vraagstukken in het verhaal. Kun je bijvoorbeeld wel een “held” zijn als je mensen hebt vermoord? Waarom zou je een verbond aangaan met iemand waarvan je weet dat je diegene nooit kan vertrouwen? Normen en waarden zijn hierbij belangrijk. Jongeren leren dat je vanuit verschillende standpunten kan kijken naar een situatie. De sympathie die je voelt voor de hoofdpersoon, maar ook het afschuw over de vreselijke dingen die zij doet. Jongeren krijgen de kans over deze dingen na te denken.
Als ik de film vergelijk met het boek vind ik wel dat het boek nog sterker is in de bovenstaande punten. Zeker omdat je als lezer een eigen beeld kan vormen, is het veel meer mogelijk na te denken over de morele kwesties die aan bod komen.

Omdat het verhaal vanaf het begin vrij heftig is, zullen de kijkers vanaf het begin geboeid zijn. Er is een mooi evenwicht in het aanbod in spanning en emotie. Hierdoor is de film geschikt voor zowel jongens als meisjes. Het verhaal dat wordt versteld is meeslepend, je wordt meegenomen in de sneltrein waarin de hoofdpersoon belandt en krijgt net als de hoofdpersoon niet de kans daar goed over na te denken. Het overkomt je. Daarnaast vind ik het verhaal zeker niet voorspelbaar, aangezien er aangename verrassende elementen worden gebruikt, zoals het spelelement wat ervoor zorgt dat de mensen in het kapitool niet meer beseffen dat zij kijken naar echte mensen die elkaar echt doden.

Zoals ik al zei is de film bedoeld voor jongeren van vijftien jaar en ouder. Dit heeft vooral te maken met de heftigheid van het verhaal. Ik denk dat het zeker ook geschikt is voor deze leeftijd.
Daarnaast zou je deze film kunnen gebruiken op school om stil te staan bij de vraagstukken die het verhaal biedt, omdat er zoveel mogelijkheden zijn om verschillende standpunten te belichten en daarbij ook te kijken naar de normen en waarden van de verschillende personages. Al met al een heftige film, maar wel een om over na te denken.

Reactie is geschreven op de recensie van Brigitte Ruhe, door Tom Verhaegh.


Jeugdboek 'Niet Thuis' van Jacques Vriens
Vriens J. (2017). Niet Thuis. Amsterdam: Van Holkema & Warendorf.

Deze reactie is geschreven op de recensie van Brigitte Ruhe, door Tom Verhaegh.

Brigitte stelt in haar recensie dat de karakters uitgebreid beschreven worden in het boek. Dit ben ik volledig met haar eens, sterker nog het begint al op pagina 7 nadat Mathijs een vervelende opmerking in de richting van de jarige Rosalie heeft gemaakt: “Mathijs, je moet nu iets verzinnen om het goed te maken, anders kun je naar je kamer vertrekken.’ Mathijs ging midden in de kamer staan en keek Rosalie uitdagend aan. Er kon nu van alles gebeuren: of bij bedacht iets leuks of hij deed er een schepje bovenop door nóg een rotopmerking te maken.” 

Het boek is in mijn beleving uitermate geschikt voor de adolescent. Coillie stelt over de adolescent dat deze een zoektocht ondergaat naar een identiteit waarin hoofdpersonen zoekende zijn naar hun eigen identiteit. Doordat er vele verschillende karakters duidelijk omschreven worden in het boek zal een brede groep adolescenten zich aangesproken voelen. Het potentieel is groot. Niet elke hoofdrolspeler is een adolescent in het boek, maar het is wel herkenbaar omdat het om personen en karakters betreft die net wat jonger zijn, dus de lezer kan veel herkennen uit zijn nog prille leven.

Mijn persoonlijke mening is dat het een boek is dat breed uitgedragen zou moeten worden. Ik ben van mening dat dit voor veel jonge mensen een herkenbaar boek is, dat wellicht ook troost zou kunnen bieden voor een hoop lezers. Buiten dat begint het boek ijzersterk. Op de eerste pagina van het verhaal, p.5 start meteen een geheime conversatie tussen twee begeleiders van de uit huis geplaatste kinderen. Er wordt meteen een vraag gesteld: ‘Wát had Marieke ons nog niet verteld?’ Hierdoor begin het verhaal direct en leest het heel prettig verder. Dit komt ook door de compactheid van het boek, met het vrij grote lettertype en niet te veel nutteloze informatie.

Reactie op recensie "Hoe overleef ik mezelf van Francine Oomen" door Suzanne de Jong

Misschien komt het omdat ik er weinig van mijzelf in herken maar het oordeel dat Suzanne velt "een leuk boek in een vlotte schrijfstijl" deel ik niet. Ik vond het enorm saai om te lezen met name door het hoge tempo van problemen die elkaar opvolgen, iets waar Suzanne ook aan refereert.
Doordat er zoveel korte momenten in het boek zitten gaat het nooit echt ergens over. Een probleem wordt even aangestipt, er volgt een mailwisseling en hop daar dient het volgende probleem zich al aan. Dit maakt het wat mij betreft ook zwaar onrealistisch want zelfs de meest heftige puber zal in zo'n korte tijd niet al die zaken meemaken die Rosa in het boek meemaakt.

Reactie op Echte mannen eten geen kaas van Maria Mosterd, door Nicole Veldhuis-Vree

Reactie op Echte mannen eten geen kaas, gelezen door Nicole Veldhuis-Vree.

Het boek ‘Echte mannen eten geen kaas’ van Maria Mosterd (2008), is een boek waarvan ik net zoals de recensent vind dat het een overtuigend verhaal is, ondanks dat daar twijfels bij zijn. Het is een verhaal dat echt gebeurd zou kunnen zijn en in de tijd dat de loverboys een hot item waren, kwam dit boek als geroepen. Veel adolescenten hebben in deze tijd het boek gelezen, soms op aandringen van ouders of docenten, zodat zij een beeld kregen van hoe een loverboy te werk kan gaan.

Doordat het boek is geschreven door een leeftijdsgenoot, zie je dat de adolescenten zich makkelijk kunnen verplaatsen in de hoofdpersoon. De taal die gebruikt wordt is vrij simpel en concreet. Doordat dit taalgebruik zo simpel is, lijkt het boek ook geschikt voor de jongere adolescent van twaalf jaar en ouder, zoals Nicole zegt, maar ik denk dat het onderwerp nog wat te heftig is voor de meesten. De vroege rijpheid van sommige leerlingen zou wel het overwegen zijn, of het boek goed is om dan toch te laten lezen. We willen immers dat ze op de hoogte zijn van wat er kan gebeuren. Ik zou het dan zien als een soort verlengde van seksuele voorlichting. Dat het passend is bij de adolescenten staat als een huis boven water, omdat het heel erg inspeelt op de gevoelens van de hoofdpersoon, op de vorming van liefde en de sociale contacten die pubers maken, waar ze graag over lezen zodat ze zich makkelijk kunnen verplaatsen (Coillie, 2007).
Door het simpele maar concrete taalgebruik lijkt het boek me gemakkelijk te lezen voor young adults. Ze zullen er snel doorheen zijn en het niet weg kunnen leggen, mits ze geïnteresseerd zijn in het onderwerp. Om een indicatie te geven van het soort taalgebruik in het boek, geef ik het volgende voorbeeld: ‘Luister Nikki, ik heb je al gezegd dat dit niks voor jou is, je moet hierbuiten blijven,’ zei Manou en kwam op Nikki af lopen die steeds dichter bij mij kwam staan. Manou pakte haar bij haar hand en nam haar mee naar de keuken. ‘Nou is ie boos op ons allebei,’ siste Juanez boos naar me toen Manou met zijn rug naar ons toe stond. ‘Hij is helemaal niet boos en als hij dat al is, is hij dat op jou,’ siste ik terug terwijl ik naar Manou keek die met Nikki aan het praten was. Hij haalde een mes uit zijn zak en zwaaide ermee voor haar hoofd.’ (Mosterd, 2008, blz. 67).

Een passage uit het boek vond ik schokkend. Als ik me hier verplaats in de lezer waarvoor dit boek bedoeld is, de young adults, denk ik dat het vrij heftig is om te weten hoe echt willekeurig meisje zo gehersenspoeld kan worden door een loverboy. Ze is al in een korte tijd een marionet zonder eigen mening en doet alles voor de loverboy, zonder erover na te denken wat ze ervan vond. ‘Nikki zag ik nog af en toe als ik een keer op school kwam om een toets te maken, want Manou wou wel dat ik bij elk rapport voor alles minstens een vijf stond. Verder deed ik wat Manou wou. Ik ronselde meisjes voor hem, ging met mannen maart bed voor geld en bracht pakketjes voor hem weg of haalde ze op.’ (Mosterd, 2008, blz. 60)
Niet de emoties spatten van het papier, maar juist dat ze weinig tot geen emotie had bij hetgeen ze beschreef in deze passage van het boek. Het lijkt haar allemaal niets te kunnen schelen. Als lezer zou je hier boos kunnen worden op de hoofdpersoon, omdat je wil dat ze beseft dat dit niet normaal is. Je wil dat het goed komt met haar. De heftigheid van de woorden die op papier worden gezet vind ik niet geschikt voor de jonge adolescent, omdat het te schokkend is.

‘Echte mannen eten geen kaas’ laat je aan het einde van het boek met een dubbel gevoel zitten. Ja, Maria is ontsnapt aan de loverboywereld, maar je merkt aan haar dat ze niet geheel achter haar keuze staat. Je wil dit van de ene kant heel graag begrijpen, maar van de andere kant denk je dat ze blij moet zijn dat het haar is gelukt. Ik voelde een soort boosheid waarom ze hier niet geheel dankbaar voor is en überhaupt nog terug zou willen. Het is lastig te begrijpen waarom ze niet geheel inziet dat dit de juiste keuze is. Ik denk dat dit ontzettend goed meewerkt aan het moraliteitsbesef en normen en waarden van de adolescent. Dat wat jij zou kiezen niet altijd de keuze is van een ander. Dat als je jezelf in de schoenen van een ander plaatst, je zult merken dat er soms anders wordt gedacht. Al met al lijkt het me inhoudelijk een zeer geschikt boek voor young adults, met een hoge informatieve waarde met een rauw randje om het zo interessant te maken. Jammer dat het qua taal niet beter is geschreven, dat zou het literair gezien verbeteren.


Filmrecensie ‘Haar naam was Sarah’ van  Giles Paquet-Brenner (2010)




Zelden heb ik een film mogen aanschouwen die mij zo aangreep als ‘Haar naam was Sarah’. In deze verfilming van het beroemde boek van Tatiana de Rosnay uit 2007 worden twee verschillende verhaallijnen tegen elkaar afgezet.

In eerste instantie word je meegenomen in het verhaal van Sarah Starzinsky, een jong joods meisje ten tijde van de vreselijke razzia’s in Parijs, 1942 in Frankrijk. De tweede verhaallijn betreft die van Julia Jarmond. Zij wil met haar man een woning in Parijs betrekken, maar dit huis blijkt een gruwelijk geheim met zich mee te dragen.

Tijdens de film schakel je telkens over van de vreselijke razzia’s in Parijs in 1942 en de gevolgen daarvan naar de huidige tijd waarin Julia onderzoek doet naar deze gruwelijkheden. Voordat we dieper ingaan op de film, eerst wat achtergrondinformatie:

-In de nacht van 16 en 17 juli 1942 werden ongeveer 13.000 Parijse joden opgepakt en afgevoerd naar het plaatselijke wielerstadion (Vel d’Hiver). Aldaar werden ze onder erbarmelijke omstandigheden vastgehouden tot ze konden worden afgevoerd naar verschillende kampen. Schokkende constatering was dat deze razzia’s werden uitgevoerd door de eigen bevolking, namelijk Franse agenten die samenwerkten met de nazi’s.

In dit decor speelt zich de tragedie af van het joodse meisje Sarah en haar vader, moeder en broertje Michel. In alle hectiek die veroorzaakt wordt door deze razzia, sluit ze haar broertje op in een muurkast. Ze belooft hem er weer uit te halen zodra de kust weer veilig zou zijn.
In de hoedanigheid van Julia Jarmond-Tezac vertelt actrice Kirstin Scott Thomas het andere verhaal, namelijk van de journaliste die onderzoek doet naar deze razzia’s. Hoe meer ze in deze geschiedenis duikt, hoe meer gruwelijke details er bekend worden. Tijdens haar zoektocht stuit ze op de geschiedenis van Sarah Starzinsky en besluit daar verder onderzoek naar te doen.

Ik denk dat Giles Paquet-Brenner met de verfilming van dit verhaal deze bijzondere, maar lugubere geschiedenis met de wereld wil delen. Bekeken door de ogen van Sarah krijgen de gruwelijke gebeurtenissen in Parijs een menselijk gezicht. Nog schrijnender is de constatering dat deze razzia’s zijn uitgevoerd met hulp van de plaatselijke bevolking in de vorm van de Franse politie. Dit is tegelijk en vloek als een zegen. Er zijn agenten met gewetensbezwaren. Specifiek één agent zorgt ervoor dat Sarah kan overleven en ontsnappen. Hoewel Sarah diverse beproevingen te verduren krijgt, heeft haar reis maar één doel: Weer thuis zien te komen om haar broertje te kunnen bevrijden.
Julia krijgt in haar zoektocht naar de waarheid ook te maken met diverse obstakels, bijvoorbeeld in de vorm van haar moeizame relatie met haar echtgenoot en een onverwachte zwangerschap. Ook de contacten met de familie van Sarah verlopen allesbehalve vlekkeloos. Uiteindelijk lukt het haar steeds dichter bij de waarheid te komen en doet ze de ene schokkende ontdekking na de andere…

De acteurs geven erg wisselend gestalte aan hun personages. Kirstin Scott Thomas geeft op uitstekende wijze vorm aan Julia, een zwangere vrouw die, naarmate ze steeds meer te weten komt over Sarah, ook zelf in een identiteitscrisis belandt. Mélusine Mayance is de ster van deze film. Zij tilt met haar acteerwerk de film naar een hoger, dieper niveau. Ze weet als geen ander vorm en diepgang te geven aan Sarah en zorgt ervoor dat je de film blijft kijken. Ook Niels Arestrup is een zeer sterke acteur. Dat hij zijn karakters veel diepgang kan meegeven bleek al in eerdere producties zoals bijvoorbeeld ‘War Horse’, waarin hij ook een opvallend sterke rol vertolkt. Enige tegenvaller vind ik Aidan Quinn, die de zoon van Sarah speelt. Zijn acteerprestaties laten te wensen over en zorgen ervoor dat het einde van de film hier en daar wat inzakt. Wellicht was een sterkere acteur hier beter op zijn plaats geweest. Door de bank genomen is de film van hoge kwaliteit en zowel liefdevol als grimmig verfilmd.

Het verhaal is zowel beklemmend als geloofwaardig. Het is alsof je het verhaal van Sarah meemaakt en je ervaart haar vastbeslotenheid, onmacht en pijn. Wat dat betreft past deze verfilming wel in het rijtje van ´Schindler´s list´ en ´De jongen in de gestreepte pyama´. Ik zou de film zeker aanraden. Ik zou wel rekening houden met een emotionele trip en gemengde gevoelens na afloop. De film zet je zeker aan het denken en laat je nadenken over de waanzin van de tweede wereldoorlog.


‘Gruwelijke rijmen’ van Roald Dahl, uitgeverij De Fontijn te Baarn.


Vergeet zoetsappigheid met een randje geweld en neem plaats voor pure zwarte sprookjeshumor van Roald Dahl met een dikke knipoog naar de werkelijkheid. Sommige sprookjes staan er natuurlijk al om bekend dat ze gruwelijkheden bevatten, maar de heer Dahl doet daar nog een dikke schep bovenop. Bekende sprookjes worden in rijmvorm overgoten met een sausje van seksisme (Roodkapje die een revolver uit haar slipje tovert, blz. 24) en zijn doordrenkt van nog bruter geweld (er worden regelmatig zonder pardon koppen gesneld, blz. 4) dan gebruikelijk is in standaard sprookjes. Kortom een zeer gewelddadig maar hilarisch boek tegelijk.




Voor zover het morele kompas, als dat er al is. Daar waar de originele prins in Assepoester toch wel een brave inborst blijkt te zijn, blijkt hij in deze rijmbundel te zijn omgetoverd in een vreselijk monster. Eén die er niet voor terugdeinst zonder pardon koppen te laten rollen. Zeker in zijn zoektocht naar de eigenares van het muiltje. Eenmaal aangekomen bij de stiefzussen van Doornroosje verandert de prins in een meedogenloze bruut die in het verhaal transformeert in een bloedbad. Koppen rollen en dat alleen maar omdat hun voorkomen hem niet aanstaat. Assepoester kiest uiteindelijk, na het aanschouwen van deze gruwelijkheden, voor een leventje in de luwte. Zonder prins. Punt. Kort samengevat is niets wat het lijkt in dit boekje. Prinsen zijn meedogenloos, dwergen zijn gokverslaafden en Roodkapje is een levensgevaarlijke dushi die met een pistool in haar slipje rondloopt. Moreel verantwoord? Vast niet, zeker niet voor jonge kinderen, maar wel erg grappig en daarom des te meer geschikt voor oudere kinderen en  jongvolwassenen. Genoeg van die suffe sprookjes? Neem dit boek en niets zal meer hetzelfde zijn…

Of er een boodschap is verwerkt in dit hele verhaal? Vast wel. Wellicht wil Dahl de absurditeit van de maatschappij belichten met zijn gruwelijke rijmen. Sommige gebeurtenissen in het boek echter zijn (zij het in andere bewoordingen) angstvallig herkenbaar in de huidige wereld waarin we leven. Worden we niet dagelijks geconfronteerd met beelden van de meest gruwelijke executies en gewelddadige excessen van eenlingen? Wellicht had Dahl daarin een vooruitziende blik en heeft hij zijn visioenen omgezet in fantastische verhalen. Wie zal het zeggen? De paralellen zijn beangstigend.

Misschien wilde Dahl echter gewoon mensen aan het lachen maken en bedienen met zijn persoonlijk blik op bestaande sprookjes. Ergens denk ik dat hij de huidige sprookjes incompleet vond en dat hij een weg zocht om zijn visie op sprookjes te kunnen ventileren. Hoe je het ook wend of keert, Dahl heeft hiermee een verrassende en humoristische rijmbundel (met een vette knipoog) afgeleverd die je niet licht zult vergeten.

Dahl was een meester in het beeldend schrijven. Hij kon schrijven voor zowel jong als oud. Zijn manier van schrijven was bijzonder: Zijn verhalen voor volwassenen zijn vaak bizar. Zijn verhalen voor kinderen vaak grappig en vreemd. Ook zijn ze onvoorspelbaar, griezelig en af en toe een beetje sadistisch. Gezien het feit dat Dahl één van de meest gelezen auteurs is van de afgelopen decennia kun je concluderen dat hij een  grootmacht is op dit gebied en met deze ‘Gruwelijke Rijmen’ heeft hij met het schrijven van deze rijmbundel een pareltje toegevoegd aan zijn omvangrijk oeuvre. 

vrijdag 26 oktober 2018

Reactie op Suzanne de Jong - Francine Oomen met Afblijven door Milou Visser.


Reactie op de recensie van Suzanne de Jong


 

Oomen, F. Hoe overleef ik mezelf? Amsterdam: E. Querido’s Uitgeverij BV.

 

Waardeoordeel in reactie op Suzanne de Jong:

Bij de recensie van De Jong had ik bij een aantal punten direct een overeenkomst in mening. Zo stelt zij dat Oomen in staat is om de hoofdpersoon zo neer te zetten dat het lijkt alsof het geschreven is door de hoofdpersoon Rosa van Dijk. Het verhaal lijkt echt vertelt te worden vanuit Rosa van Dijk, de veertienjarige puber die van kleine puberproblemen alleen maar grotere problemen maakt.  

 

Persoonlijk mis ik diepgang in het verhaal, maar dat zal liggen aan het feit dat dit overduidelijk een jeugdboek is en dus ook vanuit de puber geschreven is. Het gedrag dat beschreven wordt, is pure pubergedrag wat erg tot de verbeelding spreekt. Met name pubermeisjes zullen dit maar al te graag lezen. Daarin is Francine Oomen zeker geslaagd, ook De Jong beschrijft dit in haar slot en daarin kan haar mening zeker delen.

 

De Jong schrijft dat de problemen zich in een hoog tempo opvolgen en daar ben ik het helemaal mee eens. Rosa, het meisje waar dit verhaal om draait, gaat de ene dag graffiti spuiten en besluit de volgende dag een piercing te nemen. Alsof dat nog niet genoeg is begint ze geld te stelen om de materialen voor het graffiti spuiten te kunnen betalen. En zo holt Oomen maar door in het beschrijven van puberproblemen. Moeder boos, stiefvader over de toeren, problemen op school, alles is uit de hoge hoed getoverd en dat is voor mij als volwassene niet echt realistisch te noemen.

 

Waar De Jong en ik van mening verschillen is hoe de rollen in het boek worden neergezet. Ik ben zelf van mening dat sommige situaties echt niet realistisch beschreven zijn. Zo is te lezen in de volgende passage dat Rosa goedkeuring krijgt van haar tekendocent om graffiti te spuiten en is zelfs bereid haar les te geven.

‘De leraar bladert met aandacht door haar schetsboek heen. Hij stop even bij de graffitischetsen. Erg goed, deze ontwerpen.’ (Blz. 66)

‘Je moet hiermee doorgaan, hoor. Meyer wijst naar het tekenblok. Je hebt talent. Zit je op tekenles? Rosa doet haar tekenblok dicht en stopt het in haar rugzak, ‘nee’. Zou je dat willen? Als je dat wil kan ik je lesgeven’ (blz. 67).   

De docent die anno 2018 een puber de goedkeuring geeft iets te doen wat niet mag en daar zelf vol lof over spreekt zou zelfs strafbaar kunnen zijn, evenals de puber die spullen van een ander volkladt. Dat is wat mij betreft volkomen ongeloofwaardig en daarin mist het boek de diepte. Pubers zouden er echter van smullen…

 

Als ik kijk naar de leesfasen dan past het ook echt bij de puber: een jonge hoofdpersoon op zoek naar zichzelf, vriendinnen spelen een belangrijke rol en er is absoluut aandacht voor spanning. Dat slaat in dit verhaal de spijker op zijn kop.

 

Als laatste lees ik dat De Jong aangeeft dat e-mails die tussen de verschillende personages geschreven worden niet meer van deze tijd zijn. Dat kan ik beamen want studenten mailen niet, maar snapchatten of appen tegenwoordig met elkaar. Wellicht is het een goed idee dat Oomen dit verhaal eens moet “pimpen”? Hoe overleef ik mezelf anno 2018? Hoe dan ook, het boek blijft interessant voor een puber!

 

Milou Visser.